CeintuurBaanZone Zwolle

De gemeente Zwolle vroeg BVR samen met Sweco om een gebiedsverkenning te doen voor de Ceintuurbaanzone, aan de oostelijke rand van de stad. Een werkgebied met een aantal kenmerkende regionale functies, waaronder het Isala ziekenhuis, PEC voetbalstadion, Landstede MBO en diverse leisurefuncties. Er is echter weinig samenhang tussen de functies en het ontbreekt aan goede verbindingen en kwalitatieve publieke ruimte. In het gebied spelen verder een mobiliteits- en waterveiligheidsvraagstuk. Zwolle ligt aan de monding van het Sallandse Weteringen stroomgebied, waarbij het overstromingsrisico als gevolg van klimaatverandering groter wordt.

Centraal stond de vraag:
“hoe kan de Ceintuurbaanzone als grootschalig hoogstedelijk ontwikkelgebied volwaardig onderdeel worden van de stad en het landschap, waarbij een kwalitatieve schaalsprong kan worden gemaakt waarin de vier hoofdopgaven van klimaatbestendigheid, mobiliteitstransitie, stedelijke economie en woonmilieu worden gecombineerd?”

Daarbij mocht ‘compromisloos’ nagedacht worden. In de eerste fase is er dan ook flink out of the box te werk gegaan, waarbij Atelier BVR een reeks voorstellen heeft gedaan vanuit de vier verschillende perspectieven, gekoppeld aan vier Zwolse thema’s: Klimaatadaptatie en Menselijke Maat, Woonmilieus en Gezondheid, Stedelijke Economie en Nabijheid, Mobiliteit en Brede Welvaart.

 

Impressie van de vier perspectieven

 

De resultaten werden gepresenteerd tijdens het Baanmakerscongres, een bijeenkomst waar experts, bestuurders en bewoners konden luisteren naar en reageren op de voorstellen en denkrichtingen voor de Ceintuurbaanzone. Met de input van de aanwezigen zijn BVR en Sweco aan de slag gegaan om tot drie ruimtelijke modellen voor de Ceintuurbaanzone te komen, die elk op eigen wijze een integrale oplossingsrichting bieden voor de vraagstelling.

 

Model ‘Raamwerkstad’ zet in op no-regret maatregelen binnen de gebiedscontour: het vergroten van de sponswerking van het gebied door ontharding en vergroening, het creëren van veilige en aangename publieke ruimte, het verbeteren van de doorwaadbaarheid voor fietsers en voetgangers en het opvangen van bestemmingsverkeer in verkeershubs, volgens het STOMP-principe.

 

Model ‘Randstad’ betekent een grootschalige transformatie van de Ceintuurbaanzone naar een gemengd stedelijk gebied met substantieel meer woningen en voorzieningen middels sloop en nieuwbouw. De Ceintuurbaan komt onder de grond in een tunnel te liggen, waarmee een sterke verbinding naar het stadscentrum wordt gecreëerd. Zwolle krijgt in dit model een nieuwe oostelijke stadsrand met een scherpe overgang van het bebouwde deel naar het buitengebied. Het landelijk gebied is voorbereid op de gevolgen van klimaatverandering door mee te bewegen met wisselende waterpartijen.

Model ‘Ringstad’ betekent een nieuwe stadsuitleg voor Zwolle, maar dan wel met hechte buurtschappen en eigen identiteiten. Daarbij ontstaat een nieuwe oostelijke stadsrand met een groot landschapspark voor de stad. De Nieuwe Vecht, de waterloop tussen het centrum en het buitengebied, wordt hersteld. De regionale wateropvang wordt deels buiten het gebied opgelost waarvoor ingrepen in het watersysteem met extra waterkeringen noodzakelijk zijn. Een nieuw treinstation ontsluit het gebied samen met een regionale oostelijke randweg.

Op basis van de modellenstudie werden een aantal randvoorwaarden voor ontwikkeling geformuleerd.